• BONTjongeren ontvangen groepsbegeleiding in een kleinschalige setting, waarbij we ernaar streven dat er 1 begeleider is op iedere 3-5 jongeren. Afhankelijk van de zorgvraag van de jongeren en de mate van zelfstandigheid van de jongeren kan er van dit streven worden afgeweken.

    Ouders/verzorgers leveren alle relevante en benodigde informatie aan omtrent de zorgvraag, het welzijn en andere randzaken van de deel te nemen jongere(n) bij Stichting BONT. Deze informatie dient up-to-date gehouden te worden door de wettelijk vertegenwoordiger(s) van de jongere(n) (zie ook de ouderovereenkomst).

    De begeleider leest voorafgaand aan een begeleidingsmomenten van iedere aanwezige jongere de meest relevante informatie op het cliëntenzorg- & rapportagesysteem.

  • Algemene afspraak:

    Tijdens begeleidingsmomenten bij BONT ontvangen jongeren voortdurend groepsbegeleiding, waarbij zij voortdurend zorg en toezicht ervaren van het begeleidingsteam. Dit betekent dat de begeleiders ten allen tijde op de hoogte zijn van de locatie van de jongeren en hen zo veel mogelijk in het zicht houden. In overleg met de Pedagogisch Gedragsconsulent, CGB’er en wettelijk vertegenwoordiger(s) kan hiervan afgeweken worden.

    Welke uitzonderingen gelden op het vlak van continu toezicht?

    • Toilet, douche, slapen/logeren: gedurende deze momenten kan een begeleider niet continu toezicht houden maar is de begeleider wel altijd in nabijheid van de jongeren, zodat zij om hulp kunnen krijgen/vragen indien gewenst.

    Logeren: Bij het logeren is er altijd een begeleider in de nacht aanwezig; de begeleider van dienst slaapt wel.

    Voor verdere informatie omtrent logeren en slapen, zie punt: “Logeer- & slaapmomenten”.

    Vervoer: Tijdens het rijden met jongeren heeft de begeleider die rijdt als voornaamste taak om veilig op de weg te letten. Indien dit de enige aanwezige begeleider in het voertuig is, betekent dit dat er dan verminderd toezicht op de jongeren is.

    Tijdens taakgerichte opdrachten, zoals "hang je jas op in de kelder" of "gooi iets weg in de afvalbak", kan er gedurende een kort moment even geen direct toezicht zijn indien dit passend wordt geacht bij de zorgvraag. Het blijft essentieel dat de begeleiders ervoor zorgen dat zij op de hoogte zijn van de locatie van de jongeren tijdens deze momenten.

    • In ieder pand is een begeleider aanwezig met een geldige BHV diploma.

    • Op BONTrooster staat per activiteit vermeld wie dit is.

    • Op iedere locatie is er een brandmeldsysteem aanwezig.

    • Op iedere locatie zijn brandblusmiddelen aanwezig

    • Op iedere locatie is er een EHBO middelen aanwezig.

    Op twee locaties zijn AED aanwezig.

    clubhuizen: Frits Ruysstraat 20A en Malmopad 82-84.

    Brand is altijd een risico, echter wordt er alles op alles gezet om de kans op brand en/of ander open vuur te beperken door op de volgende punten te letten.

    Om risico’s te beperken met betrekking tot brand geldt:

    • Er is altijd een begeleider aanwezig met een BHV diploma

    • Dat alle locaties voorzien zijn van inductieplaten om op te koken

    • Dat alle locaties van BONT zijn voorzien van brandalarmeringssystemen die automatisch doorgeschakeld worden naar een alarmcentrale.

    • Alle systemen worden periodiek door een VEB erkend bedrijf onderhouden en getest.

    • Dat alle locaties van BONT zijn voorzien van de vereiste brandblusmiddelen.

      • Deze worden jaarlijks extern gecontroleerd

    • Dat bij BONT geen open vuur gebruikt (vb; kaarsjes, lucifers) wordt

    • Dat het gebruik van frituurvet enkel in uitzonderlijke situaties gebruikt wordt (bijv. oliebollen bakken). Alle nodige voorzorgsmaatregelen worden genomen wanneer we besluiten frituurvet te gebruiken.

  • Voor het mogelijk maken van verschillende begeleidingsmomenten (bijv. uitstapjes, alsmede het vervoer van en/of naar BONT) is het vervoeren van jongeren noodzakelijk. Dit kan op meerdere manieren (lopend, fietsend, auto, openbaar vervoer) plaatsvinden.

    Om verkeersrisico’s te beperken geldt:

    • dat vanuit BONT een veilige manier van navigeren en bellen verzorgd wordt

    • dat alle BONTvoertuigen alle wettelijke keuringen en regulier onderhoud doormaken

    • dat jongeren met (actieve) epilepsie altijd worden vervoerd op een veilige zitplaats.

    • dat er kinderslot op autodeuren zit, zodat de achterste deuren enkel in veilige settingen door de begeleider geopend kunnen worden

  • Om risico’s met (schoonmaak) middelen te beperken geldt:

    Schoonmaakmiddelen worden op iedere locatie zoveel mogelijk veilig opgeborgen.

    Begeleiders hebben toezicht op jongeren wanneer zij met schoonmaakmiddelen aan het werk zijn.

  • Persoonlijke verzorging

    De jongeren van Stichting BONT kunnen op verschillende momenten van de dag hulp nodig hebben tijdens de persoonlijke verzorging; de hulpvraag kan erg uiteen lopen per jongere. Hoewel we de jongeren altijd stimuleren zo veel mogelijk zelf te doen, is er regelmatig hulp en/of controle vanuit een begeleider nodig.

    Om de privacy van de jongeren zoveel mogelijk te beschremen wordt er gewerkt aan de hand van de volgende basisafspraken:

    • Begeleiders stimuleren de jongeren om zo veel mogelijk de handelingen omtrent hun persoonlijke verzorging zelf uit te voeren. Bijvoorbeeld door verbale ondersteuning en door voor te doen hoe iets moet.

    • Begeleiders staan gedurende de dag, indien nodig, stil bij de term “privé”. Dit alles om jongeren mee te geven wat privé is en wanneer er wel of niet geholpen mag worden met persoonlijke verzorging.

    • Begeleiders helpen jongeren door fysieke aanraking, wanneer een jongere een bepaalde handeling echt niet zelfstandig kan uitvoeren (bijv. het afvegen van billen, broeksknoop openen, helpen met haar wassen of drogen), ook niet na verbale ondersteuning en/of het ‘voor doen’/uitbeelden van deze handeling.

      • Begeleiders leggen hierbij eerst verbaal uit wat ze gaan doen aan de jongere in kwestie om te zien of de jongeren dit goed vinden.

    • Begeleiders bewaken de privacy van de jongeren tijdens momenten van persoonlijke hygiëne/verzorging. Denk hierbij aan situaties dat er geen anderen per ongeluk kunnen meekijken tijdens bijvoorbeeld het douchen of een wc-bezoek.

  • Algemene afspraken:

    Bij Stichting BONT kan er iedere dag van de week gelogeerd/geslapen worden. Dit kan structureel plaatsvinden of flexibel plaatsvinden; dit is voor iedere jongere anders. Tevens kan er gelogeerd worden op externe locaties tijdens WeekendenWeg en/of MidwekenWeg. Tijdens het logeren van BONT is er sprake van gedeelde kamers. Ook is er sprake van verminderd toezicht in de nacht, aangezien de begeleider bij BONT een ‘wakende’ kracht is en dus slaapt.

    De volgende afspraken voor logeermomenten in BONTlocaties gelden:

    • Dat er ten allen tijde minimaal 1 begeleider aanwezig is gedurende de nachturen; de begeleider is een ‘’wakende’’ kracht. Dit houdt in dat de begeleider fysiek aanwezig is en ‘’slaapt’’ wanneer de jongeren slapen. De begeleider heeft een aparte slaapkamer, die vlakbij de slaapkamers van de jongeren gelegen is.

    • Per maximaal 6 jongeren is er 1 begeleider fysiek in het pand aanwezig gedurende de nachturen. Uitzondering hierbij is het BONThuis, hierbij is een verhouding van 8 jongeren per 1 begeleider in de nachturen.

    • Op de momenten dat de jongeren niet slapen wordt er uitgegaan van de reguliere begeleider- jongere ratio.

    • Dat er in samenspraak met ouders, CGB’er, wordt bepaald of het noodzakelijk en/of gewenst is om bepaalde domotica in te zetten. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een babyfoon, een pieper, een verklikker etc.

    • Dat er in de clubhuizen van BONT een 'uitbraakalarm' is. Dit alarm gaat 's nachts automatisch af als iemand een deur of raam opent, zodat begeleiders gealarmeerd worden als er een voordeur of raam opent in de nacht.

    De volgende afspraken voor logeermomenten op externe locaties (bijv. vakantiehuisjes) gelden:

    Bovenstaande afspraken omtrent het logeren worden ook zo veel mogelijk gehandhaafd op externe locaties.

    Echter is het in de praktijk in vakantiehuisjes soms moeilijk te waarborgen dat er altijd een begeleider naast de jongeren slaapkamers ligt en/of op dezelfde verdieping als de jongeren. Bij het zoeken naar vakantiehuisjes wordt er naar gestreefd dit wel mogelijk te maken.

    Slapen op een externe locatie gebeurt met minimaal 2 begeleiders. Een WeekendWeg en/of MidweekWeg vindt dus altijd plaats met minimaal 2 begeleiders.

  • Algemene afspraak:

    Veel jongeren vinden het lastig om de balans te bewaren m.b.t. verantwoord en veilig telefoongebruik. Gedurende begeleidingsmomenten wordt telefoongebruik geminimaliseerd, daar het de groepsdeelname kan hinderen. BONT onderkent niet het rustgevende en ontspannende effect dat een telefoon soms op een jongere kan hebben en de waarde van een kort ‘pauze-momentje’ op de telefoon.

    De volgende afspraken gelden voor telefoongebruik bij BONT:

    BONT heeft richtlijnen opgesteld voor begeleiders met betrekking tot het telefoongebruik van jongeren. Naast deze algemene richtlijnen met betrekking tot telefoongebruik, worden begeleiders gevraagd met hun (structurele) clubs nog meer gepersonaliseerde afspraken te maken met betrekking tot telefoongebruik.

    NB: begeleiders van BONT worden natuurlijk ook gestimuleerd hun telefoongebruik zoveel mogelijk te beperken en deze enkel in te zetten wanneer nodig voor het begeleiden bij BONT.

    BONT vraagt ouders/verzorgers om thuis deze richtlijnen met de jongere(n) te bespreken, zodat het belang hiervan onderkend wordt. Het betreft de volgende richtlijnen:

    Gedurende groepsmomenten worden de telefoons opgeborgen en niet gebruikt. Dit betekent ook dat het telefoongebruik tijdens het eten ontmoedigd wordt.

    Tijdens het vervoeren van jongeren in auto’s, mogen jongeren hun telefoon gebruiken.

    Tijdens ‘werkpauzes’ bij een BONT-werkt tak, nadat de jongere klaar is met eten, mag de telefoon gebruikt worden.

    Op het einde van de dag wordt er, indien mogelijk, een moment geboden dat een jongere op zijn/haar telefoon mag

    Wanneer jongeren om elkaars telefoonnummer vragen, zullen de begeleiders de jongeren stimuleren om hiervoor eerst toestemming te vragen aan ouders/verzorgers. Desalniettemin kan het gebeuren dat jongeren telefoonnummers uitwisselen zonder expliciete goedkeuring van ouders.

    Begeleiders maken met hun telefoons beeldmateriaal gedurende de dag, die op het fotoplatform van BONT geplaatst kunnen worden. Jongeren met een telefoon willen vaak ook zelf beeldmateriaal maken gedurende de activiteit. Echter stimuleren wij de begeleiders om zo veel mogelijk de foto’s te maken in plaats van de jongeren. Indien jongeren zelf graag beeldmateriaal maken van elkaar, dan worden de jongeren gestimuleerd om elkaar om toestemming te vragen. Het is namelijk niet te controleren als jongeren beeldmateriaal van elkaar maken wat ze daar vervolgens mee doen, en dit zou wel een privacy grens kunnen overschrijden.

    We willen hierbij benadrukken dat de BONT-begeleiders geen zicht hebben op wat de jongeren precies op hun telefoon doen. Begeleiders stimuleren de jongeren tot gezond telefoongebruik, maar kunnen in verband met de autonomie en de privacy van de jongeren hierin geen verdere stappen ondernemen.

  • Bij iedere levensbedreigende situatie wordt 112 gebeld. Er kunnen altijd onbedoelde en ongewenste (levensbedreigende) situaties ontstaan, hiervoor gelden de volgende uitgangspunten.

    Welke noodsituaties kunnen er zijn?

    Brand

    Weglopen van jongere(n)

    Medische noodsituatie

    Ongevallen

    In geval van nood geldt:

    Bij iedere levensbedreigende situatie wordt direct 112 gebeld. Hierna wordt de noodtelefoon van BONT gebeld. BONT zal dan ouders/verzorgers inlichten.

    In overleg met BONT zal opschaling plaatsvinden met de hulpdiensten.

    Bij andere, niet levensbedreigende, medische zaken nemen begeleiders eerst contact op met de BONT noodtelefoon. Gezamenlijk wordt overlegd of contact met ouders/verzorgers opgenomen dient te worden.

    Bij situaties waarin begeleiders overleg willen hebben kan dit 24/7 door gebruik te maken van het BONT-noodnummer. Deze wordt beantwoord door een CGB’er of RvB lid. De achterwacht die de noodtelefoon heeft is bij machten om in te kunnen springen en/of te handelen.

  • Een goede hygiëne voorkomt de verspreiding van micro-organismen en virussen. De meeste zijn onschuldig voor de mens, maar sommige kunnen ziekten veroorzaken. Bij BONT is er een groter risico op infecties onder andere doordat veel mensen dezelfde ruimtes en materialen gebruiken en doordat begeleiders meerdere jongeren zien. Infectierisico’s kunnen onder andere beperkt worden door een goede hygiëne.

    Welke risico’s m.b.t. hygiëne zijn er?

    • Verspreiden van ziektes

    • Verspreiden van bacteriën

    • Aantrekken van plaagdieren

    • Voedselvergiftiging

    De volgende hygiëne afspraken gelden binnen BONT:

    Alle panden van BONT beschikken over handzeep, schoonmaakmiddelen.

    In alle panden van BONT is steriele wondverzorging aanwezig

    Dat alle panden van BONT regelmatig door een professionele schoonmaker gereinigd worden

    Dat er in alle panden van BONT wegwerphandschoentjes liggen

    Dat er in alle panden desinfectiemiddelen aanwezig zijn

    Ouders zorgen ervoor dat jongeren, bij het logeren bij BONT, persoonlijke verzorgingsartikelen mee krijgen en voldoende schone kleding.

    Dat begeleiders jongeren stimuleren om hun handen grondig te wassen na de volgende gebeurtenissen

    • na een wc bezoek

    • voor en na verzorgende en medische handelingen

    • voor en na het eten en koken

    • na het hoesten, niezen of snuiten van de neus

    • na contact met lichaamsvloeistoffen zoals ontlasting, urine, bloed etc.

    Dat jongeren op schoon beddengoed slapen

  • Veel jongeren zijn zeer regelmatig bij BONT en we gaan met de jongeren veel verschillende activiteiten doen. Daarom is het van belang dat er bij BONT gezond gegeten wordt en dat er afspraken zijn voor begeleiders hierover, en omtrent het alcoholgebruik van jongeren. Natuurlijk is het geen probleem om af en toe bijvoorbeeld een ijsje te eten, maar het is van belang dat begeleiders wel bepaalde richtlijnen hebben.

    De volgende afspraken en richtlijnen gelden met betrekking tot voeding en alcoholgebruik door jongeren:

    De jongeren drinken in principe geen alcoholische drankjes of 0.0% drankjes bij BONT

    De uitzondering hierop luidt als volgt:

    • Bij de BorrelClub/Chillavond en/of een WeekendWeg/MidweekWeg mag een jongere per avond 1 alcoholisch drankje of 0.0% drankje nuttigen, mits er op BONTrooster staat dat ouders/verzorgers hiervoor toestemming hebben gegeven en de jongere 18 jaar of ouder is.

    Indien er geen toestemming van ouders/verzorgers op BONTrooster hiervoor staat, mag er geen alcoholisch of 0.0% drankje genuttigd worden.

    Tijdens begeleidingsmomenten wordt een evenwichtige voedingsinname en bewuste voedselkeuzes gestimuleerd. Denk hierbij aan evenwichtige maaltijden.

    Begeleiders houden rekening met allergieën, intoleranties en dieetwensen van de jongeren.

  • Algemene afspraak:

    Na een begeleidingsmoment/activiteit bij BONT worden jongeren opgehaald door hun ouders/verzorgers, (externe) taxi-centrale of reizen zij zelf naar huis. In overleg kan BONT ook aanbieden en besluiten de jongere(n) naar hun opgegeven (thuis)adres te brengen.

    Om risico’s te beperken zijn er vanuit BONT de volgende afspraken:

    Indien jongeren zelfstandig van en naar huis mogen reizen, staat dit in het zorgprofiel op BONTrooster en komt dit in het Zorgplan naar voren.

    Indien dit er niet op staat, laten begeleiders jongeren niet zelfstandig reizen.

    Indien jongeren door de taxi opgehaald mogen worden, staat dit op BONTrooster vermeld bij het zorgprofiel van de jongere.

    Indien de jongere op wordt gehaald door iemand anders dan de ouders/verzorgers en deze informatie onbekend is bij BONT, dienen begeleiders ouders te bellen of het akkoord is dat de betreffende persoon de jongere komt ophalen. Ouders/verzorgers kunnen zelf van tevoren doorgeven aan de CGB’er of via een BONTrooster bericht wie de jongere eenmalig/incidenteel op mag halen.

    Indien BONT de jongere thuis brengt, dan controleert de begeleider of de jongeren veilig binnen zijn (gekomen).

  • Een incident

    Wat ziet BONT als een incident of calamiteit?

    Incident: In de Wkkgz* wordt een incident omschreven als: “een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft­ op de kwaliteit van de zorg, en heeft­ geleid, had kunnen leiden of zou kunnen leiden tot schade bij de cliënt.”

    Calamiteit: In de Wkkgz wordt een calamiteit omschreven als: “een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van de zorg en die tot de dood van of een ernstig schadelijk gevolg voor een cliënt heeft geleid.”

    Wat zien we als (sociaal) ongewenst gedrag/Grensoverschrijdend gedrag?

    Sociaal ongewenst gedrag is gedrag dat als bedreigend, vernederend of intimiderend wordt ervaren. Hierbij kan je bijvoorbeeld denken aan pesten, agressie, seksuele intimidatie.

    Sociaal ongewenst gedrag kan zowel structureel als incidenteel plaatsvinden.

    Registratie van incidenten

    Stichting BONT houdt incidenten van (sociaal) ongewenst gedrag bij. Dit doet BONT om de volgende redenen:

    Ten eerste is het belangrijk om incidenten en sociaal ongewenst gedrag bij te houden om duidelijk beeld te houden van ontstane incidenten en/of gevaarlijke situaties in de praktijk. Vervolgens kan er gekeken worden of en hoe deze situaties in de toekomst voorkomen kunnen worden of dat er andere stappen nodig zijn om (verdere) escalatie te voorkomen.

    Verder is het een middel om de ontwikkeling van een jongere goed te kunnen volgen. Om dit goed in kaart te brengen worden er door de begeleiders individuele rapportages geschreven. Deze rapportages zijn op verzoek inzichtelijk voor ouders en verzorgers.

    Het is een wettelijke verplichting om alle incidenten vast te leggen vanuit de WTZa**.

    *WKKGZ = Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg

    **WTZa = Wet toetreding Zorg Aanbieder

Veiligheidsrichtlijnen

Dit document is opgesteld om toe te lichten hoe Stichting BONT omgaat met bepaalde risico’s. Met het uiteindelijke doel om de kans op (ernstig) letsel, incidenten en sociaal ongewenst gedrag te voorkomen.

Tegelijkertijd om de deelnemende jongeren een mogelijkheid te bieden ervaringen aan te gaan die hun leeftijdsgenoten ook kunnen ervaren.

Vanuit de visie van BONT vinden wij het belangrijk dat de jongeren de wereld om hen heen kunnen ontdekken en nieuwe situaties aan kunnen gaan. Bij dit alles is uiteraard altijd begeleiding noodzakelijk om de vertaalslag tussen de verschillende belevingswerelden te kunnen maken. 

Onze jongeren zien niet altijd gevaar en/of risico's zoals een begeleider die in zou schatten. Daarom is het van belang dat begeleiders dit voor jongeren inschatten. Het is voor veel jongeren wel belangrijk dat zij dit leren en dat wij dit bijbehorende spanningsveld bespreekbaar maken samen met ouders/verzorgers en begeleiders.